Nu eerst terug naar het waarom

18 juni 2011 - Sheila Struyck heeft tijd om naar conferenties te gaan, nu ze niet meer als senior vice-president bij een multinational werkt.

‘Als je wat afstand neemt, zie je de zaken duidelijker’, staat in de dagelijkse oppepmail die Simon Sinek stuurt. Sinek is één van de jaloersmakend goede ‘brood-sprekers’ die ik de laatste tijd heb zien optreden. Hij stond in April op TEDex, een conferentie over gezondheidszorg. 

Maar eerst Rory Sutherland. Op ‘Zeitgeist’, de Europese conferentie van Google, vertelt hij dat het ‘framing-effect’ de perceptie van klanten verandert. Neem videoconferencing. Dat werd als goedkoop alternatief voor reizen neergezet en is dus gedoemd te mislukken. Ze hadden het moeten verkopen als een ultra luxe vorm van telefoneren, zegt Rory. „De context bepaalt het kader – en dus de gevoelde waarde – van een ervaring.” 

Deze bijeenkomsten geven me onverwachte inspiratie. Ik had er nooit tijd voor in mijn oude baan. Er was altijd wel een overleg of een belangrijke interne presentatie. 

Om me aan de grote verandering in mijn werkende leven te herinneren heb ik een knalrode Moleskine. Daarin schrijf ik op wat Rory zegt. Geen overbodige luxe. Alle sprekers op zo’n dag zijn fantastisch. Maar aan het einde voel ik me als na het eten van een doos bonbons. Geen idee meer wie de beste was. 

Op TEDex sprak Simon Sinek over wat je doet, waarom en hoe je dat doet. Volgens hem is bij veel mensen en organisaties het ‘wat’ en het ‘hoe’ belangrijker geworden dan het ‘waarom’. De echte leiders, degenen die vooruitgang boeken, besteden de meeste tijd aan het waarom en dan pas aan het hoe.

Vooral bij beginnende ondernemers raakt het ‘waarom’ snel uit het zicht. Laatst nog. Na lang onderhandelen moest F., een bevriend ondernemer, zijn beoogd technologiepartner gedag zeggen. Ze kwamen er niet uit. Dus maakte hij een overzicht van vergelijkbare partners. Een onuitputtelijke lijst met overwegingen, voors en tegens. Als zijn officieuze ‘moed-inprater’ kijk ik ernaar en zie door de bomen het bos niet meer. 

We gaan terug naar het waarom van zijn onderneming. Waarom doet hij dit uiteindelijk en wat heeft hij daarvoor minimaal nodig? Na een nacht slapen is hij weer vol energie en plannen. Met een kortere lijst van mogelijke partners en een paar onverwachte nieuwe namen. „Ik zit weer in mijn eigen kracht”, zegt hij. 

Ik ook. Langzaam wordt duidelijk wat mijn uitdaging is: ondernemers laten ondernemen. Het waarom weet ik goed. Het hoe nog niet. Dat moet nu vorm krijgen. Mijn volgende baan is waarschijnlijk geen vaste baan, maar een eigen zaak.

Dit artikel verscheen eerder in NRC Handelsblad van 18 juni 2011

Previous
Previous

Mijn perspectief is anders dan dat van een man

Next
Next

Eindeloos lunchen voor plan B